Kwaadaardig neoplasma van bronchus en long

Kwaadaardig neoplasma van de bronchus en de longen is een kankergezwel dat zich in de longen en in de bronchus bevindt. De bronchus is de term die wordt gebruikt voor de twee belangrijkste luchtwegen van het lichaam en die de luchtpijp met elke long verbinden. Zowel de linker- als de rechterbronchus verdelen zich in secundaire bronchiën, kleinere buisjes in de longen, en deze verdelen zich op hun beurt in bronchiolen, die nog kleinere buisjes zijn. Tumoren kunnen in elk van deze gebieden voorkomen en kwaadaardig worden, wat kan leiden tot de ontwikkeling van longkanker.

Longkanker komt zeer vaak voor:** jaarlijks wordt bij bijna 50.000 mensen de diagnose van de aandoening gesteld. De meest voorkomende oorzaak van de ziekte blijkt roken te zijn; meer dan 80% van alle gevallen wordt aangetroffen onder rokers en passieve rokers. Vooral mensen die al langere tijd roken lopen een groot risico, vooral degenen die er op jonge leeftijd mee zijn begonnen. Hoewel pijp- en sigarenrokers een groter risico lopen dan degenen die geen tabaksproducten gebruiken, is het roken van sigaretten het schadelijkst gebleken. De aandoening komt zowel bij mannen als bij vrouwen voor, hoewel mensen bij wie de aandoening wordt vastgesteld meestal van middelbare leeftijd of ouder zijn.

Er zijn een paar andere risicofactoren die de kans op het ontwikkelen van longkanker vergroten, waaronder luchtvervuiling, verminderde immuniteit en blootstelling aan bepaalde chemicaliën, maar deze risico's zijn laag.

De symptomen van longkanker zijn onder meer:

Enkele andere symptomen zijn tekenen dat longkanker zich mogelijk in een verder gevorderd stadium bevindt. Deze omvatten:

Hoe eerder de aandoening wordt gediagnosticeerd, hoe beter de prognose, dus iedereen die deze symptomen ervaart, moet zo snel mogelijk een arts raadplegen.

Een arts zal spirometrietests uitvoeren en eventueel sputummonsters nemen. De patiënt kan dan naar het ziekenhuis worden verwezen voor een CT-scan en bronchoscopie of een endobronchiale echografie. Het is mogelijk dat ook een longbiopsie nodig is.

Er zijn verschillende behandelingen voor longkanker en deze kunnen afhankelijk zijn van het stadium waarin de ziekte zich bevindt. Er kan een operatie nodig zijn om een ​​deel van de long of zelfs een hele long te verwijderen, en andere behandelingen zoals chemotherapie en radiotherapie kunnen nodig zijn. Deze kunnen op zichzelf worden uitgevoerd of in combinatie met andere behandelingen. Er zijn ook enkele biologische therapieën voorgeschreven voor longkanker. Radiofrequente ablatie en cryotherapie zijn behandelingen die kunnen worden aangeboden aan patiënten met gevorderde longkanker waarbij een tumor ademhalingsmoeilijkheden veroorzaakt omdat deze de luchtwegen blokkeert. Sommige patiënten die geen operatie kunnen ondergaan, kunnen fotodynamische therapie krijgen waarbij lasers worden gebruikt om kankercellen te doden.

Zelfs als de kanker zeer ver gevorderd is, kunnen er nog steeds behandelingen worden aangeboden om het leven te verlengen en de symptomen te verminderen.